RvdW 2006, 433
HR, 18-04-2006, nr. 01264/05
HR 18-04-2006, ECLI:NL:HR:2006:AV1156
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 april 2006
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, B.C. de Savornin Lohman, J.W. Ilsink
- Zaaknummer
01264/05
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AV1156
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AV1156, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑04‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AV1156, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑04‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑08‑2005
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 3; Sv art. 261, 423 lid 2
Essentie
Dagvaarding van verdachte die Nederlandse taal niet machtig is.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 19 april 2005, nummer 23/002533–04, in de strafzaak tegen verdachte.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Rechtbank te Haarlem van 4 december 2003 — de verdachte ter zake van 'opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2, eerste lid, onder A, van de Opiumwet gegeven verbod' veroordeeld tot elf maanden gevangenisstraf met onttrekking ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.