NJ 2007, 295
In appel overleggen deskundigenrapport; geen motivering vereist voor gebruik voor het bewijs.
HR 18-04-2006, ECLI:NL:HR:2006:AU8117, m.nt. M.S. Groenhuijsen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 april 2006
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, G.J.M. Corstens, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
00465/05E
- Conclusie
A-G Machielse
- Noot
M.S. Groenhuijsen
- LJN
AU8117
- JCDI
JCDI:ADS146785:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU8117, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑04‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU8117, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑12‑2005
- Wetingang
Sv art. 359 lid 1; Sv art. 359 lid 3; Sv art. 414 lid 1
Essentie
De A-G is bevoegd in appel nieuwe bescheiden en stukken van overtuiging, waaronder deskundigenrapporten, over te leggen. Hij kan daartoe een deskundige van zijn keuze verzoeken te rapporteren. Het is vervolgens voorbehouden aan de feitenrechter van een dergelijk rapport voor het bewijs gebruik te maken. Deze beslissing behoeft, behoudens bijzondere gevallen, waarvan het Hof kon oordelen dat daarvan geen sprake was, geen motivering.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, Economische Kamer, van 23 juni 2004, nummer 20/000063–04, in de strafzaak tegen G.H.R. Adv. mr. P.W. van der Kruijs ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.