RvdW 2006, 173
Nederlands opsporingsonderzoek kon worden gebaseerd op informatie uit buitenland. Geen niet-ontvankelijkheid OM.
HR 31-01-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AU3446
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
31 januari 2006
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, J.W. Ilsink, J. de Hullu
- Zaaknummer
00137/05
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AU3446
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU3446, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 31‑01‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU3446, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑01‑2006
- Wetingang
Essentie
Op grond van in Verenigd Koninkrijk vergaarde informatie mocht in Nederland een opsporingsonderzoek worden ingesteld. Geen niet-ontvankelijkheid OM, ook al zou aan vergaring informatie een gebrek kleven.
Samenvatting
In het Verenigd Koninkrijk is door Britse douaneambtenaren — zonder wetenschap of bemoeienis van politie of OM in Nederland — een opsporingsonderzoek ingesteld naar de criminele activiteiten van o.a. getuige X. De door X gegeven informatie over Nederlandse personen is aan de Nederlandse autoriteiten ter kennis gebracht, die op grond daarvan een opsporingsonderzoek zijn gestart naar o.a. verdachte. De Nederlandse autoriteiten mochten op genoemde startinformatie afgaan in die zin dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.