NJ 2006, 176
Art. 63 wel van toepassing; geen schending.
HR 29-11-2005, ECLI:NL:HR:2005:AU2227, m.nt. P.A.M. Mevis (Rekensom)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
29 november 2005
- Magistraten
Mrs. W.J.M. Davids, A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
00328/05
- Conclusie
A-G Machielse
- Noot
P.A.M. Mevis
- LJN
AU2227
- Roepnaam
Rekensom
- JCDI
JCDI:ADS145501:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2005:AU2227, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑11‑2005
ECLI:NL:HR:2005:AU2227, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑11‑2005
- Wetingang
Sr art. 63
Essentie
Toepassing van art. 63 Sr: het hof heeft de terzake in HR 19 april 2005, NJ 2006, 10 gegeven regels niet geschonden. Conclusie A-G: art. 63 Sr is i.c. niet van toepassing.
Samenvatting
In HR 19 april 2005, NJ 2006, 10 is ten aanzien van de toepassing van art. 63 Sr bepaald dat a) de rechter moet nagaan wat de maximaal op te leggen tijdelijke gevangenisstraf zou zijn geweest als alle feiten gevoegd zouden zijn behandeld, terwijl b) hij in geen geval een hogere straf mag opleggen dan overeenkomt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.