NJ 2005, 567
Ontoereikende motivering oplegging SOV-maatregel.
HR 31-05-2005, ECLI:NL:HR:2005:AS9291, m.nt. P.A.M. Mevis
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
31 mei 2005
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, G.J.M. Corstens, J.P. Balkema, J.W. Ilsink, J. de Hullu
- Zaaknummer
02487/04
- Conclusie
A-G Jörg
- Noot
P.A.M. Mevis
- LJN
AS9291
- JCDI
JCDI:ADS116939:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2005:AS9291, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑05‑2005
ECLI:NL:HR:2005:AS9291, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 31‑05‑2005
- Wetingang
Sr art. 38m (oud)
Essentie
De rechter die de in art. 38m (oud) Sr bedoelde maatregel oplegt, zal in de motivering van zijn beslissing ervan blijk moeten geven zich ervan te hebben vergewist dat aan alle in die bepaling gestelde voorwaarden is voldaan. Meer in het bijzonder zal hij met zoveel woorden tot uitdrukking moeten brengen dat de voorwaarden als bedoeld in lid 1 onder 2°, 3° en 4° zijn vervuld. Gelet daarop is de oplegging van de maatregel i.c. ontoereikend gemotiveerd.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, zitting houdende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.