NJ 2004, 497
Onzuivere vrijspraak met betrekking tot de uitleg van het begrip wisselkantoor.
HR 18-05-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO4054
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 mei 2004
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, W.A.M. van Schendel, J.W. Ilsink
- Zaaknummer
02108/03
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
AO4054
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO4054, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑05‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO4054, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑05‑2004
- Wetingang
Essentie
Onzuivere vrijspraak: onder ‘wisselkantoor’ valt niet alleen degene die (beroeps- of bedrijfsmatig) daadwerkelijk wisselhandelingen uitvoert, maar ook degene die (beroeps- of bedrijfsmatig) geld ter wisseling aanbiedt en de tegenwaarde daarvan ontvangt.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 23 oktober 2002, nummer 22/001897–02, in de strafzaak tegen L.S.
Hof:
De uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep de verdachte vrijgesproken van het hem bij inleidende dagvaarding onder 2 tenlastegelegde en hem voorts ter zake van 1 primair 'medeplegen van gewoonteheling' veroordeeld tot achttien maanden gevangenisstraf met ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.