NJ 2004, 217
Primaire / subsidiaire tenlastelegging.
HR 24-02-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO1729
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 februari 2004
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, J.P. Balkema, J. de Hullu
- Zaaknummer
01331/03
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
AO1729
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Bijzonder strafrecht / Fiscaal strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO1729, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑02‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO1729, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑02‑2004
- Wetingang
Sv art. 261
Essentie
Tenlastelegging behelst primair het nalaten van het doen van belastingaangifte en subsidiair valsheid in geschrift in een andere periode. Geen rechtsregel staat eraan in de weg dat een feit dat cumulatief had kunnen worden tenlastegelegd wordt opgenomen als een subsidiair feit.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 2 april 2003, nummer 21/002780–02, in de strafzaak tegen A.P.A., adv. mr. H.H. van Steijn te Deventer.
Hof:
De uitspraak
Het Hof heeft het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk verklaard in de strafvervolging ten aanzien van het bij inleidende dagvaarding ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.