JOL 2003, 629
Na opheffing van een eerder gegeven bevel tot voorlopige hechtenis kan de gevangenneming van de verdachte bij vonnis, waarbij de verdachte tot vrijheidsstraf wordt veroordeeld, worden bevolen indien de veroordeling een feit betreft waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten. Daarvoor zijn geen nieuwe bezwaren noodzakelijk.
HR 02-12-2003, ECLI:NL:HR:2003:AN7088
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 december 2003
- Magistraten
C.J.G. Bleichrodt, G.J.M. Corstens, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
01430/03
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
AN7088
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AN7088, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑12‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AN7088, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑12‑2003
Essentie
Na opheffing van een eerder gegeven bevel tot voorlopige hechtenis kan de gevangenneming van de verdachte bij vonnis, waarbij de verdachte tot vrijheidsstraf wordt veroordeeld, worden bevolen indien de veroordeling een feit betreft waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten. Daarvoor zijn geen nieuwe bezwaren noodzakelijk.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 20 augustus 2002, nummer 21/001501–02, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1955, ten tijde van de betekening van de aanzegging in cassatie gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'De Grittenborgh' te Hoogeveen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.