NJ 2004, 119
Begrip ‘mishandeling’ heeft mede feitelijke betekenis.
HR 02-12-2003, ECLI:NL:HR:2003:AL9052
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 december 2003
- Magistraten
W.J.M. Davids, W.A.M. van Schendel, J.W. Ilsink
- Zaaknummer
00327/03
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
AL9052
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AL9052, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑12‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AL9052, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑12‑2003
- Wetingang
Essentie
Het begrip ‘mishandeling’ heeft in zoverre ook een feitelijke betekenis dat daarin besloten ligt dat de iemand aangedane feitelijkheden pijn of letsel aan diens lichaam of nadeel aan de gezondheid hebben veroorzaakt. Nu is bewezenverklaard dat de verdachte opzettelijk mishandelend een persoon heeft geduwd en tegen het lichaam heeft geschopt, is daarmee genoegzaam tot uitdrukking gebracht dat daardoor pijn is veroorzaakt en kon het feit worden gekwalificeerd als mishandeling.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 25 juni 2002, nummer 21/001728–01, in de strafzaak tegen J.P.H., adv. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.