JOL 2003, 178
Uitlevering. Zowel aangezochte als verzoekende Staat zijn partij bij het EVRM. Verdragsrechtelijke verplichting tot uitlevering dient slechts te wijken in uitzonderingsgevallen. Strafrecht algemeen en Mensenrechten
HR 11-03-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF3312
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 maart 2003
- Magistraten
W.J.M. Davids, G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, E.J. Numann
- Zaaknummer
02416/02U
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
AF3312
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AF3312, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑03‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AF3312, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑03‑2003
Essentie
Uitlevering. Zowel aangezochte als verzoekende Staat zijn partij bij het EVRM. Verdragsrechtelijke verplichting tot uitlevering dient slechts te wijken in uitzonderingsgevallen. Strafrecht algemeen en Mensenrechten
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van de Rechtbank te Rotterdam van 2 oktober 2002, nummer RK 02/349, op een verzoek van het Koninkrijk België tot uitlevering van [de opgeëiste persoon], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1958, wonende te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
De Rechtbank heeft de gevraagde uitlevering van de opgeëiste persoon ontoelaatbaar verklaard.
2. Geding in cassatie
Het beroep is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.