JOL 2002, 674
De door de Landelijke Commissie voor Straftoemeting opgestelde oriëntatiepunten voor de straftoemeting voor de artikelen 300 en 302 van het Wetboek van Strafrecht, zoals overeengekomen op de landelijke vergadering van voorzitters van strafsectoren van 28 mei 1999 zijn geen recht in de zin van art. 79 RO. Strafprocesrecht
HR 03-12-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE8838
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 december 2002
- Magistraten
C.J.G. Bleichrodt, G.J.M. Corstens, A.M.J. van Buchem-Spapens, A.J.A. van Dorst, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
01587/01
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
AE8838
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AE8838, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑12‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AE8838, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑12‑2002
Essentie
De door de Landelijke Commissie voor Straftoemeting opgestelde oriëntatiepunten voor de straftoemeting voor de artikelen 300 en 302 van het Wetboek van Strafrecht, zoals overeengekomen op de landelijke vergadering van voorzitters van strafsectoren van 28 mei 1999 zijn geen recht in de zin van art. 79 RO. Strafprocesrecht
Samenvatting
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 12 juni 2001, nummer 22/001061–00, in de strafzaak tegen:
[verdachte], te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
1.1
Het Hof heeft in hoger beroep — ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.