JOL 2002, 578
Ontvankelijkheid cassatieberoep als uitsluitend wordt geklaagd over overschrijding redelijke termijn in cassatiefase. In casu geen middel van cassatie. Strafprocesrecht
HR 22-10-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE7385
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 oktober 2002
- Magistraten
C.J.G. Bleichrodt, F.H. Koster, J.P. Balkema, A.J.A. van Dorst, E.J. Numann
- Zaaknummer
00229/02
- Conclusie
plv. P-G Fokkens
- LJN
AE7385
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AE7385, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑10‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AE7385, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑10‑2002
Essentie
Ontvankelijkheid cassatieberoep als uitsluitend wordt geklaagd over overschrijding redelijke termijn in cassatiefase. In casu geen middel van cassatie. Strafprocesrecht
Samenvatting
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 5 juni 2001, nummer 23/001937–00, in de strafzaak tegen:
[verdachte], te [woonplaats], ten tijde van de betekening van de aanzegging gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'Over-Amstel' te Amsterdam.
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Haarlem van 27 juni 2000 — de verdachte ter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.