NJ 2002, 338
Niet bepaaldelijk gevolmachtigde raadsman.
HR 23-04-2002, ECLI:NL:HR:2002:AD8860, m.nt. T.M. Schalken
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
23 april 2002
- Magistraten
W.E. Haak, G.J.M. Corstens, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
03678/00J
- Conclusie
A-G Jörg
- Noot
T.M. Schalken
- LJN
AD8860
- JCDI
JCDI:ADS117020:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AD8860, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑04‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AD8860, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 23‑04‑2002
- Wetingang
Sv art. 279; EVRM art. 6 lid 3 onder c
Essentie
Raadsman, die niet door de niet verschenen verdachte bepaaldelijk is gemachtigd tot het voeren van de verdediging, mag alleen een toelichting geven over de afwezigheid van de verdachte of verzoeken om aanhouding van de zaak opdat verdachte alsnog zijn aanwezigheidsrecht kan uitoefenen of de raadsman machtigen hem te verdedigen. Verder mag de verdediging, behoudens in uitzonderlijke gevallen, ingevolge het wettelijk systeem niet worden gevoerd.
Nu het hof in strijd met het wettelijk systeem de raadsman in de gelegenheid heeft gesteld een onrechtmatig verkregen bewijs verweer te voeren, welk verweer dus geen behandeling behoefde, bespreekt de Hoge Raad het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.