NJ 2002, 427
Geen uitdrukkelijk voorgedragen verzoek.
HR 12-02-2002, ECLI:NL:HR:2002:AD7780
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 februari 2002
- Magistraten
C.J.G. Bleichrodt, F.H. Koster, A.M.J. van Buchem-Spapens
- Zaaknummer
00270/01
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
AD7780
- JCDI
JCDI:ADS145474:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AD7780, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑02‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AD7780, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑02‑2002
- Wetingang
Essentie
Nu de raadsman het in de pleitnota in eerste aanleg subsidiair gedane verzoek om getuigen te horen in hoger beroep niet uitdrukkelijk heeft herhaald dan wel daarnaar heeft verwezen, kon het hof aannemen dat het verzoek in hoger beroep niet is gehandhaafd. Daaraan doet niet af dat het hof het verzoek om de in eerste aanleg overgelegde pleitnotities als herhaald en ingelast te beschouwen, heeft gehonoreerd.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 10 november 2000, nummer 23/001097–00, in de strafzaak tegen F.J. S., adv. mr. G. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.