NJ 2002, 271
Dagvaarding door politieman bij rijden onder invloed nietig.
HR 02-10-2001, ECLI:NL:HR:2001:AB3317
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 oktober 2001
- Magistraten
W.J.M. Davids, F.H. Koster, A.M.M. Orie, A.J.A. van Dorst, E.J. Numann
- Zaaknummer
03334/00
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AB3317
- JCDI
JCDI:ADS116998:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Juridische beroepen / Rechter
Juridische beroepen (V)
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AB3317, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑10‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AB3317, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑10‑2001
- Wetingang
Essentie
Beslissing tot dagvaarding kan niet aan politieambtenaren worden gemandateerd. Dat de dagvaarding na aanlevering van gegevens door politie automatisch vanaf het parket komt overeenkomstig een richtlijn van de OvJ betekent niet dat de vervolgingsbeslissing is genomen door de OvJ of een door deze gemandateerde parketfunctionaris. Dagvaarding is terecht nietig verklaard.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 18 mei 2000, nummer 22/000336–00, in de strafzaak tegen E.O.B.
Hof:
De uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een bij verstek ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.