NJ 2001, 532
Geen GBA- maar wel feitelijke adres bekend, waar niet kon worden uitgereikt: dagvaarding als gewone brief naar feitelijk adres.
HR 03-07-2001, ECLI:NL:PHR:2001:ZD1846
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 juli 2001
- Magistraten
C.J.G. Bleichrodt, G.J.M. Corstens, A.M.J. van Buchem-Spapens, J.P. Balkema, A.J.A. van Dorst
- Zaaknummer
01528/00
- Conclusie
A-G Fokkens
- LJN
ZD1846
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:ZD1846, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑07‑2001
ECLI:NL:PHR:2001:ZD1846, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑07‑2001
- Wetingang
Sv art. 588 lid 3 onder a; Sv art. 588 lid 3 onder b; Sv art. 588 lid 3 onder c
Essentie
Wanneer geen GBA-adres maar wel verdachtes feitelijke woon- of verblijfplaats in Nederland bekend is, en wanneer geen uitreiking heeft kunnen plaatsvinden cfm. art. 588 lid 3 onder a of b Sv, moet de griffier aan wie de mededeling is uitgereikt deze onverwijld als gewone brief over de post aan die feitelijke woon- of verblijfplaats zenden.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 18 januari 1999, rolnummer 22/000452–98, in de strafzaak tegen A.P.G. van den B., adv. mr. S.J. Schaap, te Rotterdam. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.