JOL 2001, 324
Cassatie in belang der wet. Het aanhangig maken van een vordering tot oplegging van ontnemingsmaatregel aan degene die in de hoofdzaak is veroordeeld, is niet het aanhangig maken van een (afzonderlijke) zaak als bedoeld in art. 591a, eerste en tweede lid, Sv. Strafprocesrecht
HR 08-05-2001, ECLI:NL:HR:2001:AB1509
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 mei 2001
- Magistraten
G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, F.H. Koster, G.J.M. Corstens, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
03910/00
- Conclusie
A-G Fokkens
- LJN
AB1509
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:AB1509, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑05‑2001
Essentie
Cassatie in belang der wet. Het aanhangig maken van een vordering tot oplegging van ontnemingsmaatregel aan degene die in de hoofdzaak is veroordeeld, is niet het aanhangig maken van een (afzonderlijke) zaak als bedoeld in art. 591a, eerste en tweede lid, Sv. Strafprocesrecht
Samenvatting
Uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie in het belang der wet van de Advocaat-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden tegen een beschikking van het Gerechtshof te 's‑Hertogenbosch, nr. 4956, van 29 december 1998, gegeven op een verzoek dat is gebaseerd op art. 591a Sv van: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.