JOL 1999, 218
Na vrijspraak voorbedachte raad resteert de doodslag, al is die niet expliciet subsidiair tenlastegelegd / strafrecht, strafvordering
HR 19-10-1999, ECLI:NL:PHR:1999:ZD1600 (Moord en doodslag)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 oktober 1999
- Magistraten
Haak, Orie, Van Buchem-Spapens, Balkema;wnd.
- Zaaknummer
111545
- Conclusie
wnd. A-G Keijzer
- LJN
ZD1600
- Roepnaam
Moord en doodslag
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:ZD1600, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑10‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:ZD1600, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑10‑1999
- Wetingang
Essentie
Na vrijspraak voorbedachte raad resteert de doodslag, al is die niet expliciet subsidiair tenlastegelegd. Strafrecht, strafvordering.
Samenvatting
Uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 21 juli 1998 alsmede tegen alle op de terechtzitting van dit Hof gegeven beslissingen in de strafzaak tegen:
X., te Z., ten tijde van de bestreden uitspraak gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting ‘Haarlem’ te Haarlem.
1. De bestreden einduitspraak
1.1
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Haarlem van 23 september 1997 — de verdachte vrijgesproken ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.