NJ 1999, 106
In juni 1997 ingediend klaagschrift onder invloed onjuiste toezegging vanwege OvJ ingetrokken / niet begrijpelijk dat als datum beklag moet gelden 9 sept. 1997, op welke datum nieuw klaagschrift is ingediend / oordeel dat klaagschrift te laat is ingediend derhalve onvoldoende gemotiveerd / pas nadat kennisgeving niet verdere vervolging is betekend, zaak geëindigd en begint drie maanden termijn waarbinnen ex 552a lid 2 Sv beklag kan worden gedaan te lopen
HR 06-10-1998, ECLI:NL:PHR:1998:AB9540, m.nt. A.C. 't Hart
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 oktober 1998
- Magistraten
Hermans, Bleichrodt, Corstens, Aaftink, Orie
- Zaaknummer
3833
- Conclusie
wnd. A-G Jörg
- Noot
A.C. 't Hart
- LJN
AB9540
- JCDI
JCDI:ADS65710:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AB9540, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑10‑1998
ECLI:NL:PHR:1998:AB9540, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑10‑1998
- Wetingang
Essentie
1. Uitgaande van de omstandigheid dat het in juni 1997 ingediende klaagschrift onder invloed van een onjuiste toezegging vanwege de officier van justitie is ingetrokken, is niet begrijpelijk dat als datum van beklag moet gelden 9 sept. 1997, op welke datum een nieuw klaagschrift is ingediend. Het oordeel dat het klaagschrift te laat is ingediend is derhalve onvoldoende gemotiveerd.
2. Pas nadat de kennisgeving van niet verdere vervolging is betekend, is de zaak geëindigd en begint de drie maanden termijn waarbinnen ex art. 552a lid 2 Sv beklag kan worden gedaan te lopen.
Voorgaande uitspraak
Beschikking ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.