NJ 1998, 591
Derdenbeslag ex 94a Sv kan niet op onroerende zaken worden gelegd / juiste maatstaf van rechtspersoon kunnen niet worden beslagen op enkele grond dat verdachte — natuurlijke persoon — met die rechtspersoon is te vereenzelvigen / bevoegdheid R-C cfm. 103 Sv niet beperkt tot periode voor terechtzitting
HR 09-01-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZD0345, m.nt. T.M. Schalken
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 januari 1996
- Magistraten
Hermans, Beekhuis, Davids, Keijzer, Schipper
- Zaaknummer
3248
- Conclusie
A-G Fokkens
- Noot
T.M. Schalken
- LJN
ZD0345
- JCDI
JCDI:ADS65672:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZD0345, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑01‑1996
- Wetingang
Sv art. 1; Sv art. 94a lid 1; Sv art. 94c; Sv art. 103; Sv art. 552a; Rv (oud) art. 475
Essentie
1. Derdenbeslag ex art. 94a Sv kan niet op onroerende zaken worden gelegd.
2. Juiste maatstaf bij toetsing van beslag cfm. art. 94a Sv.
3. Vermogensbestanddelen van een rechtspersoon kunnen niet worden beslagen op de enkele grond dat de verdachte — natuurlijke persoon — met die rechtspersoon is te vereenzelvigen.
4. De bevoegdheid van de rechter-commissaris cfm. art. 103 Sv is niet beperkt tot de periode voor de terechtzitting.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie van mr. R.D.C. Jonker q.q., curator van de in staat van faillissement verklaarde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.