NJ 1995, 583
Subjectieve beleving van dader of slachtoffer kan voor betekenis van ‘sexueel binnendringen van het lichaam’ cfm. 242 Sr van belang zijn, maar is daarvoor niet beslissend
HR 02-05-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZD0031
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 mei 1995
- Magistraten
Haak, Mout, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, Meijers
- Zaaknummer
99629
- LJN
ZD0031
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZD0031, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑05‑1995
- Wetingang
Essentie
De subjectieve beleving van dader of slachtoffer kan voor de betekenis van ‘sexueel binnendringen van het lichaam’ cfm. art.242 Sr van belang zijn, maar is daarvoor niet beslissend.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 26 juli 1994 in de strafzaak tegen M.S., te Breda, ten tijde van de bestreden uitspraak preventief gedetineerd in het Huis van Bewaring 'De Boschpoort' te Breda, adv. mr. G. Spong te 's-Gravenhage.
Hof:
Bewezenverklaring (o.m.)
Bewezenverklaard:
2
In de periode van 29 oktober 1993 tot en met 30 oktober ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.