NJ 1988, 816
HR, 26-01-1988, nr. 82236
HR 26-01-1988, ECLI:NL:PHR:1988:AD0155
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 januari 1988
- Magistraten
Van Der Ven, Beekhuis, Keijzer, Remmelink
- Zaaknummer
82236
- LJN
AD0155
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1988:AD0155, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑01‑1988
ECLI:NL:PHR:1988:AD0155, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑01‑1988
- Wetingang
Sr art. 37; Sr art. 55 lid 2; Sr art. 157; Sr art. 157 onder 2°; Sr art. 328; Sv art. 316; Sv art. 330; Sv art. 339 lid 2
Essentie
1. Toereikend bewijs, in verband met hetgeen de algemene ervaring leert, van art. 157 onder 2e Sr.
2. Toereikende weerlegging van het verweer dat het feit aan verdachte niet kan worden toegerekend. Toereikende motivering van de afwijzing van het verzoek om een psychiatrisch rapport.
3. Tussen de art. 157 en 328 Sr bestaat niet een verhouding conform art. 55 lid 2 Sr.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Hof te 's-Gravenhage van 20 jan. 1987 in de strafzaak tegen A.A.
Hoge ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.