NJ 1987, 60
HR, 06-05-1986, nr. 79780: Niet om een leugentje verlegen
HR 06-05-1986, ECLI:NL:PHR:1986:AB9411, m.nt. Th.W. van Veen (Niet om een leugentje verlegen)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 mei 1986
- Magistraten
Van Der Ven, Bronkhorst, De Waard, Jeukens, Mout, Meijers
- Zaaknummer
79780
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AB9411
- Roepnaam
Niet om een leugentje verlegen
- JCDI
JCDI:ADS117779:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1986:AB9411, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑05‑1986
ECLI:NL:PHR:1986:AB9411, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑05‑1986
- Wetingang
Sv art. 282; Sv art. 341 lid 1; Sv art. 359 lid 1; Sv art. 359 lid 3; RO art. 99 lid 1 onder 1°
Essentie
1. Het hof heeft geen nieuwe oproeping van de op getuigenlijst voorkomende niet-verschenen getuige bevolen, terwijl niet blijkt dat van diens verhoor met toestemming van de P-G, verdachte en diens raadsvrouwe is afgezien; toch geen nietigheid.
2. Nu het hof kon oordelen dat verdachtes verklaring leugenachtig was, welk oordeel als van feitelijke aard niet in cassatie kan worden getoetst, kon het die verklaring redengevend achten.
Samenvatting
Ad 1. HR: Het moet ervoor worden gehouden dat zowel de P-G als verdachte en zijn raadsvrouwe geen prijs meer stelden op het horen van getuige M. Immers, hoewel blijkens het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.