NJ 1987, 76
HR, 29-04-1986, nr. 79995U
HR 29-04-1986, ECLI:NL:PHR:1986:AC9334
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
29 april 1986
- Magistraten
Moons, De Waard, Jeukens, Beekhuis, Mout, Leijten
- Zaaknummer
79995U
- LJN
AC9334
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1986:AC9334, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑04‑1986
ECLI:NL:PHR:1986:AC9334, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑04‑1986
- Wetingang
Sv art. 308; UW art. 5 lid 1 onder a; UW art. 23 lid 1; UW art. 25; UW art. 29; EUV art. 2 lid 1
Essentie
1. Met ‘verhoor van de opgeeiste persoon’ in art. 25 Uitleveringswet wordt bedoeld het onderzoek ter zitting; aan art. 308 Sv jo. art. 29 Uitleveringswet is voldaan.
2. Vervolgingsuitlevering aan Italie: de Rb. kon oordelen dat de vordering van de OvJ betrekking had op het uitleveringsverzoek in zijn geheel; de omstandigheid dat de OvJ daarin ten onrechte de uitlevering voor een deel van de feiten ontoelaatbaar achtte of een der feiten onjuist kwalificeerde, doet daaraan niet af.
3. Vervolgingsuitlevering aan Italie: dubbele strafbaarheid; het oordeel van de Rb. dat de feiten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.