NJ 1985, 106
HR, 27-11-1984, nr. 77091: Euthanasie Alkmaar
HR 27-11-1984, ECLI:NL:PHR:1984:AC8615, m.nt. Th.W. van Veen (Euthanasie Alkmaar,Euthanasie I)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 november 1984
- Magistraten
Moons, Bronkhorst, De Groot, De Waard, Haak,
- Zaaknummer
77091
- Conclusie
A-G Remmelink
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AC8615
- Roepnaam
Euthanasie Alkmaar
Euthanasie I
- JCDI
JCDI:ADS146343:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1984:AC8615, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑11‑1984
ECLI:NL:PHR:1984:AC8615, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑11‑1984
- Wetingang
Essentie
Euthanasie; 's Hofs uitleg van ‘van het leven berooft’ is in overeenstemming met bewoordingen en strekkking van art. 293 Sr; geen grondslagverlating; toereikende weerlegging van het daaromtrent gevoerde verweer.
Euthanasie; toereikende en niet-onbegrijpelijke weerlegging van het beroep op het ontbreken van de materiële wederrechtelijkheid.
Euthanasie; ontoereikende weerlegging van het beroep op overmacht in de zin van noodtoestand.
Samenvatting
De MvT bij het huidige art. 293 Sr luidt (o.m.):
‘Hij die voldoet aan iemands uitdrukkelijk en ernstig verlangen om hem van het leven te beroven, is aanmerkelijk ligter te straffen dan de schuldige aan gewonen moord. De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.