NJ 1983, 412
HR, 09-06-1981, nr. 72872: Culpa in causa
HR 09-06-1981, ECLI:NL:PHR:1981:AC0902, m.nt. Th.W. van Veen (Culpa in causa,doodslag in cocaïneroes)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 juni 1981
- Magistraten
Moons, Van Den Blink, De Waard, Hermans, Jeukens,
- Zaaknummer
72872
- Conclusie
A-G Remmelink
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AC0902
- Roepnaam
Culpa in causa
doodslag in cocaïneroes
- JCDI
JCDI:ADS146258:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1981:AC0902, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑06‑1981
ECLI:NL:PHR:1981:AC0902, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑06‑1981
- Wetingang
Sv art. 359 lid 1; Sv art. 359 lid 3; Sr art. 37; Sr art. 287
Essentie
1. Verdachtes verklaring dat hij heeft gestoken met het oogmerk om het gillen van het slachtoffer te doen ophouden, is niet onverenigbaar met het bewezenverklaarde opzet om haar van het leven te beroven.
2. Toetsing van het oordeel van de feitenrechter omtrent ontoerekeningsvatbaarheid.
3. Ziekelijke storing van de geestesvermogens en verwijtbaarheid.
Samenvatting
Ad 2. In cassatie kan niet ten toets komen of het Hof terecht tot het — feitelijke — oordeel is gekomen, dat niet aannemelijk is geworden dat sprake is geweest van een zodanige ernstige geestelijke afwijking dat de verdachte dientengevolge tijdens het begaan van het bewezene ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.