NJ 1959, 102
HR, 20-01-1959: Leeftijd in art. 247 Sr
HR 20-01-1959, ECLI:NL:HR:1959:135, m.nt. W.P.J. Pompe (Leeftijd in art. 247 Sr)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 januari 1959
- Magistraten
Mrs. Van der Meulen, Feber, Van Berckel, Westerouen van Meeteren [Rapp.], Kazemier;
- Zaaknummer
[1959-01-20/NJ_131198]
- Conclusie
A-G Van Oosten
- Noot
W.P.J. Pompe
- Roepnaam
Leeftijd in art. 247 Sr
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS117123:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1959:135, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑01‑1959
- Wetingang
Essentie
Toepasselijkheid van het beginsel ‘geen straf zonder schuld’ t.a.v. de misdrijven van artt. 245 en 247 Sr., die tot element hebben opzet of schuld m.b.t. de leeftijd van degene met wie het misdrijf wordt gepleegd. Aard en strekking van deze bepalingen.
Samenvatting
De bewezenverklaarde misdrijven, strafbaar gesteld bij de artt. 245 en 247 Sr., hebben blijkens de wettelijke omschrijving niet tot element opzet of schuld met betrekking tot den leeftijd van de(n)gene, met wie(n) de dader vleselijke gemeenschap heeft dan wel ontuchtige handelingen pleegt, doch uit deze omschrijving kan niet worden afgeleid, dat ten aanzien van deze strafbare feiten de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.