Einde inhoudsopgave
Examenreglement voor luchtvarenden 2004
Artikel 20
Geldend
Geldend vanaf 20-04-2021
- Bronpublicatie:
15-04-2021, Stcrt. 2021, 18496 (uitgifte: 19-04-2021, regelingnummer: IENW/BSK-2020/196550)
- Inwerkingtreding
20-04-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-04-2021, Stcrt. 2021, 18496 (uitgifte: 19-04-2021, regelingnummer: IENW/BSK-2020/196550)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
Verkeersrecht / Bijzondere onderwerpen
Voor de praktijkexamens of proeven van bekwaamheid voor RPL geldt dat:
- a.
alle examensecties binnen ten hoogste 6 maanden worden behaald;
- b.
voor RPL(A) respectievelijk RPL(H) de eisen en toleranties bedoeld in FCL.125 LAPL-Vaardigheidstest van deel FCL van overeenkomstige toepassing zijn;
- c.
voor RPL(GC) de eisen en toleranties bedoeld in FCL.125 LAPL-Vaardigheidstest van deel FCL voor LAPL(H) van overeenkomstige toepassing zijn;
- d.
voor RPL(A), RPL(H) respectievelijk RPL(GC):
- 1°
de kandidaat instructie heeft gevolgd op dezelfde klasse vliegtuig, hetzelfde type helikopter respectievelijk dezelfde klasse gyrokopter als waarop het examen wordt afgelegd, wat betreft RPL(A), RPL(H) en RPL(GC) in overeenstemming met de eisen gesteld aan opleidingsluchtvaartuigen in bijlage 2 bij de Regeling opleidingsinstellingen voor luchtvarenden 2001,
- 2°
extra vlieginstructie kan worden geëist nadat de kandidaat is afgewezen en wordt geëist indien de kandidaat niet in twee pogingen alle secties heeft behaald,
- 3°
de kandidaat een onbeperkt aantal examenpogingen mag doen,
- 4°
het praktijkexamen geheel, respectievelijk gedeeltelijk wat betreft de niet voltooide secties, opnieuw kan worden afgelegd indien het examen wordt afgebroken door de examinator,
- 5°
iedere manoeuvre of procedure van het examen door de kandidaat mag worden herhaald,
- 6°
de examinator het examen kan afbreken indien de vaardigheid, waarvan de kandidaat blijk geeft, een volledig nieuw examen vereist, en
- 7°
de examinator niet betrokken is bij de bediening van het luchtvaartuig tenzij diens tussenkomst noodzakelijk is in het belang van de veiligheid of teneinde vertraging van overig verkeer te voorkomen.