NJB 2018/418
Recht tot het ondervragen van getuigen, beperkingen aan die mogelijkheid en steunbewijs, art. 6 EVRM: in casu kon het hof oordelen dat de bewezenverklaring niet in beslissende mate op de verklaringen van de medeverdachte zijn gebaseerd. A-G: anders
HR 06-02-2018, ECLI:NL:HR:2018:162
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 februari 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
16/05324
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:162, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑02‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1362, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 10‑10‑2017
- Wetingang
(art. 6 EVRM)
Essentie
Recht tot het ondervragen van getuigen, beperkingen aan die mogelijkheid en steunbewijs, art. 6 EVRM: in casu kon het hof oordelen dat de bewezenverklaring niet in beslissende mate op de verklaringen van de medeverdachte zijn gebaseerd. A-G: anders
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld omdat hij – kort gezegd – (parketnummer 05/780098-15) ‘medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden’ en (parketnummer 05/881648-14) (feit 1 en 4) telkens ‘medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden’, (feit 2) ‘medeplegen van poging tot diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.