NJB 2015/885
Incidenteel hoger beroep. Prejudiciële vragen. Verlengde navorderingstermijn. Passenheim-jurisprudentie. Vrijheid van kapitaalverkeer. Incidenteel hoger beroep mogelijk tegen beslissing over ander belastingjaar dan waarop het principaal hoger beroep ziet. Prejudiciële vragen over standstill-bepaling artikel 64 VWEU
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 april 2015
- Magistraten
Mrs. Koopman, Van den Berge, Schaap, Fierstra, Wortel
- Zaaknummer
14/00528
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Hoger beroep
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
EU-recht / Marktintegratie
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
EU-recht / Rechtsbescherming
Fiscaal procesrecht / Procesorde
Europees belastingrecht / Europese verdragsvrijheden
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:843, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑06‑2017
ECLI:NL:HR:2015:913, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑04‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑12‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:2591, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑12‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑01‑2014
- Wetingang
(Awb art. 8:110; AWR art. 16; VWEU art. 64)
Essentie
Incidenteel hoger beroep. Prejudiciële vragen. Verlengde navorderingstermijn. Passenheim-jurisprudentie. Vrijheid van kapitaalverkeer. Incidenteel hoger beroep mogelijk tegen beslissing over ander belastingjaar dan waarop het principaal hoger beroep ziet. Prejudiciële vragen over standstill-bepaling artikel 64 VWEU
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
‘2.5.
De Rechtbank heeft geoordeeld dat de navorderingsaanslagen over de jaren tot en met 2004, die zijn opgelegd met toepassing van de zogenoemde verlengde navorderingstermijn (…), niet zijn opgelegd met de vereiste voortvarendheid als bedoeld in het arrest van het Hof van Justitie van 11 juni 2009, C-155/08 en C-157/08, X en E.H.A. Passenheim-Van Schoot, ...