Einde inhoudsopgave
Luchtvaartwet BES
Artikel 50
Geldend
Geldend vanaf 07-12-2011
- Bronpublicatie:
17-11-2011, Stb. 2011, 572 (uitgifte: 06-12-2011, kamerstukken: 32825)
- Inwerkingtreding
07-12-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-11-2011, Stb. 2011, 572 (uitgifte: 06-12-2011, kamerstukken: 32825)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
1.
Handelen in strijd met de voorschriften, gesteld bij of krachtens deze wet in de artikelen 2, 3, 8, eerste lid, 9, 11, eerste lid, 12, eerste lid, 13, eerste lid, 14, eerste lid, 16, eerste lid, 22, 25, 26, eerste lid, 28, eerste en tweede lid, 37, 38, 39, 40 of 43, tweede lid, wordt, voor zover opzettelijk begaan, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van ten hoogste de vijfde categorie, hetzij met beide straffen.
2.
De eigenaar of houder van een luchtvaartuig, die in strijd met een van de artikelen 2, 3, 8, eerste lid, 11, eerste lid, 12, eerste lid, 13, eerste lid, 14, eerste lid, of 16, eerste lid, de luchtvaart doet of laat uitoefenen, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste één jaar of geldboete van ten hoogste de vierde categorie, hetzij met beide straffen.
3.
Met dezelfde straf wordt gestraft de gezagvoerder, die één van de artikelen 2, 3, 25, onderdelen a en b of 28, eerste en tweede lid, overtreedt.
4.
Op overtreding van een voorschrift, gegeven bij of krachtens algemene maatregel van bestuur ingevolge deze wet, wordt bij die algemene maatregel van bestuur geen andere of hogere hoofdstraf gesteld, dan hetzij hechtenis van ten hoogste één jaar of geldboete van ten hoogste de vierde categorie, hetzij met beide straffen.
5.
De eigenaar of houder van een luchtvaartuig, die in strijd met een van de artikelen 2, 3, 8, eerste lid, 11, eerste lid, 12, eerste lid, 13, eerste lid, 14 eerste lid, en 16, eerste lid, de luchtvaart doet of laat uitoefenen, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste één jaar of geldboete van ten hoogste de vierde categorie, hetzij met beide straffen.