V-N 2016/14.9
Advocaatkosten na echtscheiding over verdeling polissen zijn niet aftrekbaar
HR 26-02-2016, ECLI:NL:HR:2016:317, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 februari 2016
- Magistraten
Schaap, Wortel, Van Hilten
- Zaaknummer
15/02165
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS923041:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Persoonsgebonden aftrek
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:317, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑02‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑01‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2476, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 17‑12‑2015
- Wetingang
art. 3.108 en 6.3 lid 1 onderdeel d Wet IB 2001
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat uit de rechtspraak die onder de Wet IB 1964 reeds is ontwikkeld, volgt dat proceskosten, gemaakt ter beëindiging of vermindering van een (partner)alimentatieverplichting geen aftrekbare kosten of persoonlijke verplichtingen vormen. Nu bij de invoering van de Wet IB 2001 geen wijziging is beoogd, is er geen aanleiding om van die rechtspraak af te wijken.
Samenvatting
Belanghebbende, de heer X, is gehuwd geweest met mevrouw Y. In hun echtscheidingsconvenant is vastgelegd dat de waarde van de levensverzekerings- en koopsompolissen bij helfte wordt verdeeld en dat de koopsompolissen, onder de last van verrekening, aan X ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.