NJB 2011, 132
(1) Na toewijzing van verzoeken om aanhouding wegens ernstige ziekte wordt een nieuw verzoek na de dood van de echtgenote van de verdachte afgewezen omdat hij na dat hoger beroep was ingesteld ruimschoots de tijd had om met zijn raadsman de zaak te bespreken (2) (Mogelijkheid van) verjaring over het hoofd gezien
HR 14-12-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM9118
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 december 2010
- Magistraten
Mrs. Koster, Ilsink, De Hullu, Sterk en Loth
- Zaaknummer
08/04240 E
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BM9118
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Sancties
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM9118, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑12‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM9118, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑06‑2010
- Wetingang
Essentie
(1) Na toewijzing van verzoeken om aanhouding wegens ernstige ziekte wordt een nieuw verzoek na de dood van de echtgenote van de verdachte afgewezen omdat hij na dat hoger beroep was ingesteld ruimschoots de tijd had om met zijn raadsman de zaak te bespreken (2) (Mogelijkheid van) verjaring over het hoofd gezien
Uitspraak
De verdachte werd in hoger beroep veroordeeld tot een geldboete van € 6000 waarvan € 3000 voorwaardelijk wegens medeplegen van de opzettelijke overtreding van art. 13 lid 1 Ffw en art. 16 NB-wet 1998. Het eerste middel bevat de klacht dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.