De rechtspositie van de sollicitant en van de werknemer tijdens de proeftijd
Einde inhoudsopgave
De rechtspositie van de sollicitant en van de werknemer tijdens de proeftijd (MSR nr. 53) 2010/2.5:2.5 Conclusie
De rechtspositie van de sollicitant en van de werknemer tijdens de proeftijd (MSR nr. 53) 2010/2.5
2.5 Conclusie
Documentgegevens:
mr. R.F. Kötter, datum 30-09-2010
- Datum
30-09-2010
- Auteur
mr. R.F. Kötter
- JCDI
JCDI:ADS387248:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
De sollicitatiefase is als een precontractuele fase aan te merken, waarin partijen met elkaars gerechtvaardigde belangen rekening dienen te houden. Toch is ook bij het aangaan van een arbeidsovereenkomst de contractsvrijheid uitgangspunt. Op zichzelf is dat ook terecht. Een werkgever moet de mogelijkheid kunnen hebben om de in zijn ogen meest geschikte kandidaat voor een bepaalde functie aan te nemen. Contractsvrijheid is met die mogelijkheid inherent verbonden. Wilsovereenstemming tot het aangaan van een arbeidsovereenkomst mag dan ook niet te snel worden aangenomen, omdat partijen over het algemeen een relatie voor langere tijd met elkaar aangaan. Om diezelfde reden mag niet te snel worden aangenomen dat tijdens de onderhandelingen over het aangaan van een arbeidsovereenkomst het gerechtvaardigd vertrouwen tot het aangaan van een arbeidsovereenkomst is opgewekt en bij afbreken van onderhandelingen de afbrekende partij schadeplichtig zal zijn of tot voortonderhandelen door de rechter zal worden veroordeeld.
Het algemeen verbintenissenrecht is in beginsel op de arbeidsovereenkomst van toepassing. Daardoor gelden in principe voor het aangaan van een arbeidsovereenkomst de algemene regels voor de totstandkoming van een overeenkomst (artt. 3:3335 en 6:217 e.v. BW). In sommige situaties wijkt het arbeidsrecht echter uit het oogpunt van bescherming van de werknemer, als in de regel economisch zwakkere partij ten opzichte van de werkgever, van het algemeen verbintenissenrecht af. Zo bestaan er wettelijke beperkingen voor het aangaan van een arbeidsovereenkomst. Voorts kunnen sommige bedingen in arbeidsovereenkomsten slechts schriftelijk worden aangegaan. Het beginsel van contractsvrijheid verkrijgt hiermee in het arbeidsrecht een eigen dimensie. Door dit aspect heeft het arbeidsrecht binnen het vermogensrecht zijn eigen positie opgebouwd.