NJB 2020/968:Het hof geeft bij tussenarrest een voorshands oordeel over de uitleg van een overeenkomst van opdracht en geeft gelegenheid tot tegenbewijs. Het hof beslist niet op een bij appeldagvaarding ingestelde vordering tot terugbetaling van hetgeen ter uitvoering van het bestreden vonnis is betaald. Hoge Raad: 1. Motivering. Tegenbewijs. Het voorshands oordeel is niet onbegrijpelijk en behoefde geen nadere motivering. Daarbij komt dat gelegenheid is geboden voor tegenbewijs. 2. Omlijning appel. Het hof heeft verzuimd op de vordering tot terugbetaling te beslissen. Dat wordt niet gerechtvaardigd door de omstandigheid dat in de memorie van grieven de vordering niet met zoveel woorden is herhaald.