NJ 2016/399
Onteigening. Schadeloosstelling; eliminatieregel art. 40c Ow; plan voor werk waarvoor wordt onteigend; waardevermindering na onteigening.
HR 15-01-2016, ECLI:NL:HR:2016:68, m.nt. E.W.J. de Groot
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
15 januari 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/04432
- Conclusie
wnd. A-G mr. J.C. van Oven
- Noot
E.W.J. de Groot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS154084:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:68, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑01‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2011, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑09‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑08‑2014
- Wetingang
Art. 40c Ow
Essentie
Onteigening. Schadeloosstelling; eliminatieregel art. 40c Ow; plan voor werk waarvoor wordt onteigend; waardevermindering na onteigening.
De waardevermeerderende of waardeverminderende invloed van een bestemmingsplan moet bij de vaststelling van de werkelijke waarde van het onteigende buiten beschouwing blijven voor zover de in het bestemmingsplan aan het onteigende gegeven bestemming door niets anders is bepaald dan een ten tijde van de vaststelling van dat bestemmingsplan al bestaand concreet plan voor een werk ter plaatse van onder meer het onteigende (als bedoeld in art. 40c onder 3° Ow) en het bestemmingsplan in zoverre dan ook slechts is vastgesteld teneinde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.