Einde inhoudsopgave
Europees Verdrag inzake sociale zekerheid
Artikel 32
Geldend
Geldend vanaf 01-03-1977
- Bronpublicatie:
14-12-1972, Trb. 1976, 158 (uitgifte: 25-10-1976, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-1977
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-02-1977, Trb. 1977, 35 (uitgifte: 01-01-1977, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid (V)
1.
Indien de totale duur van de krachtens de wettelijke regeling van een Verdragsluitende Partij vervulde tijdvakken van verzekering of wonen ten minste een jaar maar minder dan vijf jaren bedraagt, is het orgaan van deze Partij, ongeacht het bepaalde in artikel 29, niet verplicht op grond van bedoelde tijdvakken ouderdomsuitkeringen toe te kennen.
2.
Voor de toepassing van artikel 29 wordt met de in het vorige lid bedoelde tijdvakken door het orgaan van de Verdragsluitende Partij, krachtens de wettelijke regeling waarvan de betrokkene het langste tijdvak van verzekering of wonen heeft vervuld, rekening gehouden, alsof deze tijdvakken krachtens de wettelijke regeling van die Partij waren vervuld. Ingeval, volgens deze regel, bedoelde tijdvakken door meer dan één orgaan in aanmerking zouden moeten worden genomen, worden zij in aanmerking genomen door het orgaan van de Verdragsluitende Partij aan de wettelijke regeling waarvan de betrokkene laatstelijk onderworpen is geweest.
3.
Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde orgaan maakt aan het in het tweede lid bedoelde orgaan, ter finale kwijting, een som ineens over, die gelijk is aan het tienvoud van het jaarbedrag van het uitkeringsgedeelte dat laatstbedoeld orgaan overeenkomstig artikel 29 dient te verlenen op grond van de tijdvakken welke krachtens de door het eerstbedoelde orgaan toegepaste wettelijke regeling zijn vervuld. De bevoegde autoriteiten van de betrokken Verdragsluitende Partijen kunnen overeenkomen hun geldelijke verplichtingen met betrekking tot deze tijdvakken op andere wijze te regelen.
4.
Ingeval toepassing van het eerste lid van dit artikel echter tot gevolg zou hebben dat alle betrokken organen van hun verplichting tot het toekennen van uitkeringen worden ontheven, worden de uitkeringen overeenkomstig artikel 29 toegekend.
5.
Ingeval gelijktijdige toepassing van artikel 31, eerste lid en het eerste lid van dit artikel tot gevolg zou hebben dat alle betrokken organen van hun verplichting tot het toekennen van uitkeringen worden ontheven, worden de uitkeringen overeenkomstig artikel 29 toegekend, onverminderd het bepaalde in artikel 31, eerste en tweede lid.
6.
De toepassing van de vorige leden van dit artikel tussen twee of meer Verdragsluitende Partijen is afhankelijk van het sluiten van bilaterale of multilaterale overeenkomsten tussen deze Partijen en beperkt zich tot die gevallen, waarin de betrokkenen uitsluitend aan de wettelijke regelingen van deze Partijen onderworpen zijn geweest.