NJB 2013/1260
Toelating tot getuigenbewijs. Het hof acht een door een partij aan haar vordering ten grondslag gelegd feitencomplex voorshands bewezen. De wederpartij wordt in de gelegenheid gesteld tot het leveren van tegenbewijs. In dat kader heeft een getuigenverhoor plaatsgevonden. Er is geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid van contra-enquête. HR: Vooropstelling: zie hoofdtekst. In een geval als het onderhavige behoeft de rechter de partij wier stellingen voorshands bewezen zijn geacht, niet meer tot bewijslevering toe te laten ter zake van het feitencomplex naar aanleiding van een bewijsaanbod dat voorafgaand aan de bewijslevering is gedaan. Dat geldt ook als zij na het getuigenverhoor opnieuw bewijs aanbiedt met betrekking tot dat feitencomplex of verzoekt om te worden toegelaten tot nadere bewijslevering. Dit geldt slechts binnen dezelfde instantie en kan anders zijn als het nadere bewijsaanbod betrekking heeft op nieuw bewijsmateriaal of nieuwe feiten
HR 26-04-2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ8766 (Bruscom)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 april 2013
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, G. de Groot en M.V. Polak
- Zaaknummer
12/00814
- LJN
BZ8766
- Roepnaam
Bruscom
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2013:BZ8766, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑04‑2013
ECLI:NL:HR:2013:BZ8766, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑04‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑01‑2012
- Wetingang
(Rv art. 166 lid 1, 168, 353 lid 1)
Essentie
Toelating tot getuigenbewijs. Het hof acht een door een partij aan haar vordering ten grondslag gelegd feitencomplex voorshands bewezen. De wederpartij wordt in de gelegenheid gesteld tot het leveren van tegenbewijs. In dat kader heeft een getuigenverhoor plaatsgevonden. Er is geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid van contra-enquête. HR: Vooropstelling: zie hoofdtekst. In een geval als het onderhavige behoeft de rechter de partij wier stellingen voorshands bewezen zijn geacht, niet meer tot bewijslevering toe te laten ter zake van het feitencomplex naar aanleiding van een bewijsaanbod dat voorafgaand aan de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.