V-N 2016/25.19
BPM-teruggaaf bij uitvoer is geen correctie op eerder betaalde BPM
HR 29-04-2016, ECLI:NL:HR:2016:753, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 april 2016
- Magistraten
Overgaauw, Van Vliet, Punt
- Zaaknummer
15/02976
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS660520:1
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Verdragen EU
Onbekend (V)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Belastingheffing van motorrijtuigen (V)
Belastingheffing van motorrijtuigen / Belasting van personenauto's en motorrijwielen
Europees belastingrecht (V)
Europees belastingrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Rente
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑04‑2016
ECLI:NL:HR:2016:753, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑04‑2016
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat noch het VWEU noch het Europeesrechtelijke evenredigheidsbeginsel tot een (wettelijke) regeling noopt die voorziet in een BPM-teruggaaf als een personenauto na verloop van tijd niet meer is bestemd voor duurzaam gebruik in Nederland en voor duurzaam gebruik wordt overgebracht naar een andere lidstaat.
Samenvatting
Belanghebbende, de heer X, is vanaf december 2009 houder van een auto. Sinds 16 februari 2009 was de auto ingeschreven in het kentekenregister. Ter zake daarvan was door een ander € 62.099 aan bpm betaald. De auto was destijds bestemd voor duurzaam gebruik in Nederland. Op 8 maart 2013 is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.