BNB 2019/95
Zaak Commissie tegen Frankrijk (Précompte mobilier). Weigering verrekening buitenlandse belasting met Franse voorheffing bij dooruitdeling. Verplichting tot stellen prejudiciële vragen
HvJ EU 04-10-2018, ECLI:EU:C:2018:811, m.nt. P.J. Wattel (Commissie/Frankrijk)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
4 oktober 2018
- Magistraten
Da Cruz Vilaça, Lenaerts, Levits, Berger, Biltgen
- Zaaknummer
C-416/17
- Conclusie
A-G Wathelet
- Noot
P.J. Wattel
- Roepnaam
Commissie/Frankrijk
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS52345:1
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Belastingen EU
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2018:811, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 04‑10‑2018
ECLI:EU:C:2018:626, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie, 25‑07‑2018
- Wetingang
Essentie
Zaak Commissie tegen Frankrijk (Précompte mobilier). Weigering verrekening buitenlandse belasting met Franse voorheffing bij dooruitdeling. Verplichting tot stellen prejudiciële vragen
Samenvatting
De Europese Commissie meent dat Frankrijk te strenge voorwaarden stelt voor teruggaaf van roerende voorheffing die betaald is door Franse vennootschappen die dividend uit het buitenland ontvangen en dat bij de berekening van die teruggaaf ten onrechte geen rekening wordt gehouden met de belasting die is betaald door de kleindochterondernemingen die gevestigd zijn in een andere lidstaat dan de Franse Republiek. Ook is de commissie van oordeel dat de hoogste Franse rechter (Conseil d’État) prejudiciële vragen had ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.