Gst. 2020/49
Criterium dat exploitant horecabedrijf ‘niet in enig opzicht van slecht levensgedrag’ mag zijn niet in strijd met de Dienstenrichtlijn. (Rotterdam)
ABRvS 18-12-2019, ECLI:NL:RVS:2019:4258, m.nt. Mr. L.L. van der Laan & mr. R. Nomden
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
18 december 2019
- Magistraten
Mrs. Borman, Wissels en Lange
- Zaaknummer
201902701/1/A3
- Noot
Mr. L.L. van der Laan & mr. R. Nomden
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS195440:1
- Vakgebied(en)
Horecarecht / Exploitatievergunning (APV)
EU-recht / Marktintegratie
Horecarecht (V)
Horecarecht / Horeca-inrichting
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2019:4258, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 18‑12‑2019
- Wetingang
(Art. 10 Dienstenrichtlijn)
Essentie
Criterium dat exploitant horecabedrijf ‘niet in enig opzicht van slecht levensgedrag’ mag zijn niet in strijd met de Dienstenrichtlijn. (Rotterdam)
Samenvatting
Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen zijn horeca-activiteiten, waarvan in dit geval sprake is, aan te merken als een dienst in de zin van de Dienstenrichtlijn.
Anders dan Heilzaam B.V. en X betogen, is het in beginsel voldoende duidelijk en objectief genoeg in de zin van artikel 10 van de Dienstenrichtlijn wanneer het vereiste dat iemand niet in enig opzicht van slecht levensgedrag is, wordt tegengeworpen. De burgemeester heeft de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.