Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 282/2011 houdende vaststelling van maatregelen ter uitvoering van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde
Artikel 24 quater
Geldend
Geldend vanaf 15-11-2013
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-01-2015.
- Bronpublicatie:
07-10-2013, PbEU 2013, L 284 (uitgifte: 26-10-2013, regelingnummer: 1042/2013)
- Inwerkingtreding
15-11-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-10-2013, PbEU 2013, L 284 (uitgifte: 26-10-2013, regelingnummer: 1042/2013)
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Voor de toepassing van artikel 56, lid 2, van Richtlijn 2006/112/EG geldt, wanneer verhuur, andere dan kortdurende verhuur, van een vervoermiddel wordt verricht voor een niet-belastingplichtige, het vermoeden dat de afnemer gevestigd is of zijn woonplaats of gebruikelijke verblijfplaats heeft op de plaats die door de dienstverrichter als zodanig is vastgesteld aan de hand van twee afzonderlijke, niet-tegenstrijdige, in artikel 24 sexies van deze verordening vermelde bewijsstukken.