RFR 2018/123
Joodse echtscheiding. Is de synagoge aansprakelijk voor onrechtmatig handelen door de rabbijn?
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 juni 2018
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
17/01483
- Conclusie
A-G mr. B.J. Drijber
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS929592:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:916, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:310, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑03‑2018
- Wetingang
Art. 6:170 BW
Essentie
Joodse echtscheiding. Onrechtmatige daad. Aansprakelijkheid ondergeschikte.
Is de synagoge aansprakelijk als de rabbijn in een joodse echtscheidingsprocedure onrechtmatig handelt?
Samenvatting
De man is in 1993 gehuwd met de vrouw. Het betreft een joods huwelijk. Kort na de geboorte van een kind is het huwelijk stukgelopen. De vrouw is met het kind in Israël gaan wonen. De vrouw heeft geruime tijd geprobeerd om de man ertoe te bewegen haar de ‘get’ te geven, een echtscheidingsdocument waaruit blijkt dat de man toestemming geeft tot de ontbinding van het joodse huwelijk. Afgifte van de ‘get’ vindt in Nederland plaats bij de Nederlandse ...