NJB 2018/1443

Overzichtsarrest bestanddeel ‘openlijk’ geweld plegen, art. 141 lid 1 Sr: de Hoge Raad geeft een uitgebreide algemene uiteenzetting over het bestanddeel ‘openlijk’ geweld plegen. Wat betreft de ‘openlijkheid’ gaat het in de kern erom dat de geweldpleging zich op zodanige wijze en op een zodanige plaats moet hebben voltrokken dat de openbare orde is verstoord. Of van openlijkheid sprake is, is mede ervan afhankelijk of bij de geweldpleging in zekere zin willekeurig publiek aanwezig was of had kunnen zijn. Deze (mogelijke) aanwezigheid van publiek verdient in het bijzonder aandacht als het gaat om geweldpleging op plaatsen die niet voor eenieder toegankelijk zijn. De motivering van de bewezenverklaring van het bestanddeel ‘openlijk’ verdient vooral in niet-evidente gevallen nadere aandacht. In casu kwalificeert het plegen van geweld tegen een persoon in een feestzaal waar een verjaardag werd gevierd met alleen genodigde gasten, terwijl voorafgaand aan die geweldshandelingen de deuren van die feestzaal dicht zijn gedaan en de geweldshandelingen niet zichtbaar waren voor omstanders vanaf de openbare weg, niet als ‘openlijk’ geweld in de zin van deze bepaling