RCR 2016/11
Zorgplicht bank. Heeft bank een bijzondere zorgplicht jegens gedupeerde beleggers bij Ponzi-zwendel?
HR 27-11-2015, ECLI:NL:HR:2015:3399
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 november 2015
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, G. de Groot, V. van den Brink
- Zaaknummer
14/03217
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS922705:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3399, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑11‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1975, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 18‑09‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑09‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑06‑2014
- Wetingang
Art. 3:305a, 6:162, 6:163 BW
Essentie
Financieel recht. Aansprakelijkstelling bank. Ponzi-zwendel. Collectieve actie. Zorgplicht bank jegens derden.
Heeft bank een bijzondere zorgplicht jegens gedupeerde beleggers bij Ponzi-zwendel?
Samenvatting
X was directeur van twee vennootschappen die zich met valuta- en effectenhandel bezighielden en daarvoor ook over de betreffende vergunningen beschikten; X in persoon beschikte niet over zulke vergunningen. De Stichting behartigt de belangen van beleggers die de dupe zijn geworden van X. X heeft namelijk aan deze beleggers zeer hoge rendementen voorgespiegeld, zelfs gegarandeerd, terwijl hij op een gegeven moment de door de beleggers op een tweetal door X in privé bij de Bank aangehouden rekeningen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.