Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie
Artikel 24 Naleving
Geldend
Geldend vanaf 09-12-2020
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2021, L 104).
- Bronpublicatie:
18-11-2020, PbEU 2020, L 387 (uitgifte: 19-11-2020, regelingnummer: 2020/1727)
- Inwerkingtreding
09-12-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-11-2020, PbEU 2020, L 387 (uitgifte: 19-11-2020, regelingnummer: 2020/1727)
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Douane (V)
(Artikel 39, onder a), van het wetboek)
1.
Aan het criterium in artikel 39, onder a), van het wetboek wordt geacht te zijn voldaan indien:
- a)
geen besluit is genomen door een administratieve of rechterlijke instantie waarin wordt geconcludeerd dat een van de onder b) beschreven personen in de laatste drie jaar ernstige of herhaalde overtredingen van de douanewetgeving of de belastingvoorschriften heeft begaan in verband met zijn of haar economische activiteit, en
- b)
geen van de volgende personen een strafblad met zware misdrijven heeft in verband met zijn of haar economische activiteit, inclusief de economische activiteit van de aanvrager, indien van toepassing:
- i)
de aanvrager;
- ii)
de werknemer(s) die verantwoordelijk is (zijn) voor de douanezaken van de aanvrager, en
- iii)
de perso(o)n(en) die verantwoordelijk is (zijn) voor de aanvrager of die zeggenschap heeft (hebben) over de leiding van het bedrijf.
2.
Het in artikel 39, onder a), van het wetboek bedoelde criterium kan echter worden geacht te zijn vervuld wanneer de beschikkingsbevoegde douaneautoriteit de inbreuk van geringe betekenis acht in verhouding tot het aantal en de omvang van de douanegerelateerde activiteiten, en de douaneautoriteit niet twijfelt over de goede trouw van de aanvrager.
3.
Wanneer de in lid 1, onder b), iii), bedoelde persoon, die niet de aanvrager is, in een derde land is gevestigd of woonachtig is, beoordeelt de beschikkingsbevoegde douaneautoriteit de naleving van het in artikel 39, onder a), van het wetboek bedoelde criterium aan de hand van de documenten en informatie waarover zij beschikt.
4.
Wanneer de aanvrager er minder dan drie jaar is gevestigd, beoordeelt de beschikkingsbevoegde douaneautoriteit de naleving van het in artikel 39, onder a), van het wetboek bedoelde criterium aan de hand van de documenten en informatie waarover zij beschikt.