Beschikking 2007/843/EG tot goedkeuring van programma's ter bestrijding van salmonella bij vermeerderingskoppels van Gallus gallus in bepaalde derde landen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Beschikking 2006/696/EG wat betreft bepaalde volksgezondheidsvoorschriften bij de invoer van pluimvee en broedeieren
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 18-12-2007
- Redactionele toelichting
De datum van inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
11-12-2007, PbEU 2007, L 332 (uitgifte: 01-01-2007, regelingnummer: 2007/843/EG)
- Inwerkingtreding
18-12-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2007, PbEU 2007, L 332 (uitgifte: 01-01-2007, regelingnummer: 2007/843/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
(Voor de EER relevante tekst)
Beschikking van de Commissie van 11 december 2007 tot goedkeuring van programma's ter bestrijding van salmonella bij vermeerderingskoppels van Gallus gallus in bepaalde derde landen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Beschikking 2006/696/EG wat betreft bepaalde volksgezondheidsvoorschriften bij de invoer van pluimvee en broedeieren
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bestrijding van salmonella en andere specifieke door voedsel overgedragen zoönoseverwekkers (1), en met name op artikel 10, lid 2,
Gelet op Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (2), en met name op artikel 9,
Gelet op Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (3), en met name op artikel 11, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Bij Verordening (EG) nr. 2160/2003 worden voorschriften voor de bestrijding van salmonella bij diverse pluimveepopulaties in de lidstaten vastgesteld. De voorschriften gelden voor de lidstaten vanaf de in bijlage I bij die verordening vermelde data, met name 18 maanden nadat een doelstelling voor de vermindering van de prevalentie van salmonella is vastgelegd.
- (2)
Voor die vermindering geldt een doelstelling voor vermeerderingskoppels van Gallus gallus vanaf 1 juli 2005 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1003/2005 van de Commissie (4), voor legkippen vanaf 1 augustus 2006 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1168/2006 (5)en voor slachtkuikens vanaf 1 juli 2007 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 646/2007.
- (3)
Canada, Israël, Tunesië en de Verenigde Staten hebben hun programma's ter bestrijding van salmonella bij fokpluimvee van Gallus gallus, broedeieren daarvan en voor de fok bestemde eendagskuikens van Gallus gallus bij de Commissie ingediend. Aangezien werd geconstateerd dat deze programma's garanties bieden die gelijkwaardig zijn aan de door Verordening (EG) nr. 2160/2003 geboden garanties, moeten zij worden goedgekeurd.
- (4)
Beschikking 2006/696/EG van de Commissie van 28 augustus 2006 tot vaststelling van een lijst van derde landen waaruit pluimvee, broedeieren, eendagskuikens, vlees van pluimvee, loopvogels en vrij vederwild, eieren en eiproducten en van specifieke pathogenen vrije eieren (SPF-eieren) kunnen worden ingevoerd in en doorgevoerd door de Gemeenschap en van de toepasselijke voorschriften inzake veterinaire certificering en tot wijziging van de Beschikkingen 93/342/EEG, 200/585/EG[lees: 2000/585/EG] en 2003/812/EG(6)heeft betrekking op de invoer in en de doorvoer door de Gemeenschap van met name fok- en gebruikspluimvee, broedeieren en eendagskuikens en bevat een lijst van derde landen waaruit de lidstaten de desbetreffende dieren en broedeieren mogen invoeren.
- (5)
Krachtens Verordening (EG) nr. 2160/2003 hangt de toelating of handhaving op de in de communautaire regelgeving opgenomen lijsten van derde landen waaruit de lidstaten de desbetreffende onder die verordening vallende dieren of broedeieren mogen invoeren, af van de indiening door het betrokken derde land bij de Commissie van een programma dat gelijkwaardig is aan de door de lidstaten vast te stellen nationale programma's ter bestrijding van salmonella en van de goedkeuring ervan door de Commissie.
- (6)
Als gevolg van de goedkeuring van de programma's moeten Canada, Israël, Tunesië en de Verenigde Staten worden gehandhaafd op de in Beschikking 2006/696/EG opgenomen lijst van derde landen waaruit de lidstaten fokpluimvee van Gallus gallus, broedeieren daarvan en voor de fok bestemde eendagskuikens van Gallus gallus mogen invoeren.
- (7)
Bepaalde andere derde landen die momenteel in de lijst van Beschikking 2006/696/EG zijn opgenomen, hebben nog geen programma ter bestrijding van salmonella bij de Commissie ingediend. Daar in de Gemeenschap reeds voorschriften gelden voor fokpluimvee van Gallus gallus, broedeieren daarvan en voor de fok bestemde eendagskuikens van Gallus gallus, mag de invoer van dergelijk pluimvee en dergelijke eieren uit die derde landen dan ook niet langer worden toegestaan. De in bijlage I, deel 1, bij Beschikking 2006/696/EG opgenomen lijst van derde landen of delen daarvan moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
- (8)
Om garanties te bieden die gelijkwaardig zijn aan die van de voorschriften in de Gemeenschap, moeten derde landen waaruit de lidstaten fok- en gebruikspluimvee van Gallus gallus, broedeieren daarvan en eendagskuikens van Gallus gallus mogen invoeren, verklaren dat het programma ter bestrijding van salmonella is toegepast op het koppel van herkomst en dat dat koppel is getest op de aanwezigheid van salmonellaserotypen die van belang zijn voor de volksgezondheid, zodra de voorschriften van toepassing zijn op de verschillende pluimveepopulaties in de Gemeenschap.
- (9)
Bovendien mogen koppels van Gallus gallus krachtens Verordening (EG) nr. 2160/2003 sinds 1 januari 2007 in de Gemeenschap niet voor fokdoeleinden worden gebruikt en mogen de eieren daarvan niet als broedeieren worden gebruikt indien zij besmet zijn met Salmonella Enteritidis en/of Salmonella Typhimurium. Daarom mag de invoer van fokpluimvee, voor de fok bestemde eendagskuikens en broedeieren in de Gemeenschap slechts worden toegestaan indien de koppels van herkomst werden getest en vrij van Salmonella Enteritidis en Salmonella Typhimurium waren.
- (10)
Bij Verordening (EG) nr. 1177/2006 van de Commissie van 1 augustus 2006 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor het gebruik van specifieke bestrijdingsmethoden in het kader van de nationale programma's voor de bestrijding van salmonella bij pluimvee(7) zijn voorschriften vastgesteld voor het gebruik van antimicrobiële stoffen en vaccins in het kader van de nationale bestrijdingsprogramma's die krachtens Verordening (EG) nr. 2160/2003 worden goedgekeurd.
- (11)
Derde landen waaruit de lidstaten fok- en gebruikspluimvee van Gallus gallus, broedeieren en eendagskuikens van Gallus gallus mogen invoeren, moeten verklaren dat de specifieke voorschriften van Verordening (EG) nr. 1177/2006 voor het gebruik van antimicrobiële stoffen en vaccins zijn toegepast zodra de voorschriften van toepassing zijn op de verschillende pluimveepopulaties in de Gemeenschap. Indien bij eendagskuikens antimicrobiële stoffen zijn gebruikt voor andere doeleinden dan de bestrijding van salmonella, moet dit ook in het certificaat worden vermeld omdat het gebruik daarvan de test op salmonella bij invoer kan beïnvloeden.
- (12)
De modellen van veterinaire certificaten voor de invoer van fok- en gebruikspluimvee, eendagskuikens en broedeieren in Beschikking 2006/696/EG moeten dienovereenkomstig worden gewijzigd. Om te vermijden dat opnieuw wijzigingen in de modellen van veterinaire certificaten moeten worden aangebracht op het moment dat de invoerbepalingen van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van toepassing worden op gebruikspluimvee en niet voor de fok bestemde eendagskuikens, moeten de modellen van veterinaire certificaten ook voor de invoer van die dieren worden gewijzigd, met duidelijke opgave van het tijdstip waarop die wijzigingen van toepassing worden op de verschillende populaties.
- (13)
Bulgarije en Roemenië zijn op 1 januari 2007 tot de Europese Unie toegetreden. Vanaf die datum zijn de bepalingen van Beschikking 2006/696/EG inzake het intracommunautaire handelsverkeer van toepassing op die nieuwe lidstaten. Bulgarije en Roemenië moeten derhalve worden geschrapt van de in deel 1 van de bijlagen I en II bij Beschikking 2006/696/EG opgenomen lijsten van derde landen waaruit invoer door de lidstaten is toegestaan.
- (14)
Om verstoring van het handelsverkeer te vermijden, moet het gebruik van overeenkomstig Beschikking 2006/696/EG afgegeven veterinaire certificaten in de huidige formulering worden toegestaan gedurende een periode van zestig dagen na de datum van toepassing van deze beschikking.
- (15)
Om echter te vermijden dat opnieuw wijzigingen in de modellen van veterinaire certificaten moeten worden aangebracht op het moment dat de invoerbepalingen van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van toepassing worden op legkippen en slachtkuikens van Gallus gallus, moeten de modellen van veterinaire certificaten ook voor de invoer van die dieren worden gewijzigd, met duidelijke opgave van het tijdstip waarop die wijzigingen van toepassing worden op de verschillende populaties. De datum van toepassing van deze wijzigingen moet derhalve voor zover nodig worden uitgesteld.
- (16)
Beschikking 2006/696/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.
- (17)
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Voetnoten
PB L 325 van 12.12.2003, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1237/2007 van de Commissie (PB L 280 van 24.10.2007, blz. 5).
PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55; rectificatie in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 22. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1243/2007 van de Commissie (PB L 281 van 25.10.2007, blz. 8).
PB L 139 van 30.4.2004, blz. 206; rectificatie in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 83. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 van de Raad (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).
PB L 170 van 1.7.2005, blz. 12. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1168/2006 (PB L 211 van 1.8.2006, blz. 4).
PB L 151 van 13.6.2007, blz. 21.
PB L 295 van 25.10.2006, blz. 1. Beschikking gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1237/2007.
PB L 212 van 2.8.2006, blz. 3.