Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 923/2012 vaststelling gemeenschappelijke luchtverkeersregels en operationele bepalingen betreffende luchtvaartnavigatiediensten en -procedures
Aanhangsel 2 Onbemande vrije ballonnen
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2024
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-05-2024.
- Bronpublicatie:
30-01-2024, PbEU L 2024, 2024/404 (uitgifte: 11-04-2024, regelingnummer: 2024/404)
- Inwerkingtreding
01-05-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-01-2024, PbEU L 2024, 2024/404 (uitgifte: 11-04-2024, regelingnummer: 2024/404)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
1. Classificatie van onbemande vrije ballonnen
1.1
Onbemande vrije ballonnen worden geclassificeerd als (zie figuur AP2-1):
- a)
licht: een onbemande vrije ballon met een vracht van een of meer pakketten met een gecombineerd gewicht van minder dan 4 kg, tenzij hij als zware ballon wordt aangemerkt overeenkomstig het bepaalde onder c), punt 2), 3) of 4); of
- b)
middelzwaar: een onbemande vrije ballon met een vracht van twee of meer pakketten met een gecombineerd gewicht van 4 kg of meer, maar minder dan 6 kg, tenzij hij als zware ballon wordt aangemerkt overeenkomstig het bepaalde onder c), punt 2), 3) of 4); of
- c)
zwaar: een onbemande vrije ballon met een vracht:
- 1)
met een gecombineerd gewicht van 6 kg of meer; of
- 2)
die een pakket van 3 kg of meer omvat; of
- 3)
die een pakket van 2 kg of meer omvat, met een oppervlaktedichtheid van meer van 13 g per vierkante centimeter, vastgesteld door het totale gewicht in grammen van het pakket te delen door het kleinste oppervlak van het pakket, in vierkante centimeters; of
- 4)
die gebruik maakt van een touw of een ander systeem om de vracht op te hangen, die een kracht van 230 N of meer vraagt om de opgehangen vracht van de ballon te scheiden.
2. Algemene exploitatieregels
2.1
Een onbemande vrije ballon mag niet worden geëxploiteerd zonder toestemming van de staat waarin de ballon opstijgt.
2.2
Een onbemande vrije ballon, behalve een lichte ballon die uitsluitend wordt gebruikt voor meteorologische doeleinden en wordt geëxploiteerd op de door de bevoegde autoriteit voorgeschreven wijze, mag niet boven het grondgebied van een andere staat worden geëxploiteerd zonder toestemming van die staat.
2.3
De in punt 2.2 vermelde toestemming moet worden verkregen vóór de ballon opstijgt indien bij het plannen van de vlucht redelijkerwijs wordt verwacht dat de ballon naar het luchtruim boven het grondgebied van een andere staat kan afdrijven. Een dergelijke toestemming kan worden verkregen voor een reeks ballonvluchten of voor een specifiek type terugkerende vlucht, bv. ballonvluchten voor onderzoek van de atmosfeer.
2.4
Een onbemande vrije ballon wordt geëxploiteerd overeenkomstig de voorwaarden die zijn gespecificeerd door de staat van registratie en de sta(a)t(en) die de ballon naar verwachting zal overvliegen.
2.5
Een onbemande vrije ballon mag niet op dusdanige wijze worden geëxploiteerd dat een botsing van de ballon of een deel ervan, inclusief de lading, tegen het aardoppervlak een gevaar vormt voor personen of eigendommen.
2.6
Een zware onbemande vrije ballon mag niet worden geëxploiteerd boven de volle zee zonder voorafgaand overleg met de verlener(s) van luchtvaartnavigatiediensten.
Figuur AP2-1
3. Exploitatiebeperkingen en uitrustingseisen
3.1
Een zware onbemande vrije ballon mag zonder toestemming van de verlener(s) van luchtvaartnavigatiediensten niet worden geëxploiteerd op of door een drukhoogte onder 18 000 m (60 000 ft) waarop:
- a)
zich wolken of verduisterende verschijnselen van meer dan vier octa bedekking bevinden; of
- b)
het horizontale zicht minder dan 8 km bedraagt.
3.2
Een zware of middelzware onbemande vrije ballon mag niet zodanig worden vrijgelaten dat hij lager dan 300 m (1 000 ft) vliegt over dichtbevolkte zones van steden, gemeenten of nederzettingen of over een openluchtbijeenkomst van personen die geen verband houdt met de exploitatie van de ballon.
3.3
Een zware onbemande vrije ballon mag niet worden geëxploiteerd, tenzij:
- a)
hij is uitgerust met minstens twee voorzieningen of systemen om een einde te stellen aan het transport/vervoer van de nuttige lading, automatisch of met afstandsbediening, die onafhankelijk van elkaar werken;
- b)
voor drukloze ballons uit polyethyleen, minstens twee onafhankelijk van elkaar werkende methoden, systemen, toestellen of combinaties daarvan worden gebruikt voor het beëindigen van de vlucht van het omhulsel van de ballon;
- c)
het ballonomhulsel is uitgerust met een of meer radarreflectieve toestellen of met radarreflectief materiaal dat een echo in het frequentiebereik 200 MHz tot 2 700 MHz terugstuurt naar de grondradar, en/of de ballon is uitgerust met andere toestellen die de exploitant in staat stellen de ballon permanent te volgen buiten het bereik van de grondradar.
3.4
Een zware onbemande vrije ballon mag niet worden geëxploiteerd in de volgende omstandigheden:
- a)
in een gebied waar SSR-apparatuur op de grond in gebruik is, tenzij de ballon is uitgerust met een transponder van de secundaire surveillanceradar met drukhoogterapporteringscapaciteit die permanent werkt op een toegewezen code of die door het volgstation kan worden aangezet indien nodig; of
- b)
in een gebied waar ADS-B-apparatuur op de grond in gebruik is, tenzij de ballon is uitgerust met een ADS-B-zender met drukhoogterapporteringscapaciteit die permanent werkt op een toegewezen code of die door het volgstation kan worden aangezet indien nodig.
3.5
Een onbemande vrije ballon die is uitgerust met een sleepantenne die een kracht van meer dan 230 N vereist om op om het even welk punt te breken, mag alleen worden geëxploiteerd als met een tussenafstand van hoogstens 15 m gekleurde wimpels of linten aan de antenne zijn bevestigd.
3.6
Een zware onbemande vrije ballon mag 's nachts of tijdens andere door de bevoegde autoriteit voorgeschreven perioden niet onder drukhoogte 18 000 m (60 000 ft) worden geëxploiteerd tenzij de ballon en zijn bevestigingen en vracht, ongeacht of deze tijdens de exploitatie worden gescheiden, zijn verlicht.
3.7
Een zware onbemande vrije ballon die is uitgerust met een ophangingssysteem (behalve een zeer goed zichtbare gekleurd open valscherm) van meer dan 15 m lang, mag 's nachts niet onder drukhoogte 18 000 m (60 000 ft) worden geëxploiteerd tenzij het ophangingssysteem geverfd is in afwisselende stroken zeer opvallende kleuren of voorzien is van gekleurde wimpels.
4. Beëindiging
4.1
De exploitant van een zware onbemande vrije ballon activeert de passende bij punt 3.3, onder a) en b), vereiste systemen om een einde te stellen aan het vervoer van de nuttige lading:
- a)
wanneer bekend wordt dat de weersomstandigheden slechter zijn dan de omstandigheden die voor de vlucht werden voorspeld;
- b)
als de verdere exploitatie door een storing of om een andere reden gevaar oplevert voor het luchtverkeer of voor personen of eigendommen op de grond; of
- c)
vóór de ballon zonder toestemming het luchtruim boven het grondgebied van een andere staat binnenvliegt.
5. Vluchtaanmelding
5.1. Aanmelding voorafgaand aan de vlucht
5.1.1
Een voorgenomen vlucht van een middelzware of zware onbemande vrije ballon moet vroegtijdig en ten laatste zeven dagen vóór de datum van de geplande vlucht worden aangemeld bij de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten.
5.1.2
De aanmelding van de geplande vlucht moet de volgende informatie bevatten, zoals vereist door de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten:
- a)
identificatie van de ballonvlucht of codenaam van het project;
- b)
classificatie en beschrijving van de ballon;
- c)
SSR-code, luchtvaartuigadres of NDB-frequentie, indien van toepassing;
- d)
naam en telefoonnummer van de exploitant;
- e)
opstijgplaats;
- f)
gepland tijdstip van opstijgen (of begin- en eindtijdstip van meervoudige opstijgingen);
- g)
aantal ballonnen dat zal opstijgen en gepland interval tussen de opstijgingen (in geval van meervoudige opstijgingen);
- h)
verwachte stijgingsrichting;
- i)
kruisniveau(s) (drukhoogte);
- j)
verwachte verstreken tijd alvorens drukhoogte 18 000 m (60 000 ft) wordt overschreven of alvorens het kruisniveau wordt bereikt, indien dit op of lager dan 18 000 m (60 000 ft) ligt, samen met de plaats waar dit naar schatting zal gebeuren. Als de operatie uit meerdere opstijgingen bestaat, moet het tijdstip worden vermeld waarop de eerste en laatste vlucht in de reeks naar verwachting het passende niveau zal bereiken (bv. 122136Z-130330Z);
- k)
de verwachte datum en het verwachte tijdstip van de beëindiging van de vlucht en de plaats waarop de ballon volgens de planning zal landen en worden opgehaald. In het geval van ballonnen die vluchten van lange duur uitvoeren, waardoor de datum en het tijdstip van beëindiging van de vlucht en de plaats van landing niet nauwkeurig kunnen worden voorspeld, moet de term ‘lange duur’ worden gebruikt. In geval van meer dan één plaats van landing/ophaling, wordt elke plaats vermeld, samen met het bijbehorende geraamde tijdstip van landing. In geval een reeks opeenvolgende landingen zal plaatsvinden, wordt het geraamde tijdstip van de eerste en de laatste landing in de reeks vermeld (bv. 070330Z-072300Z).
5.1.3
Iedere wijziging in de informatie die overeenkomstig punt 5.1.2 vóór het opstijgen moet worden verstrekt, worden minstens zes uur vóór het geplande tijdstip van opstijgen of, in het geval van onderzoeken naar kosmische of zonnestoringen waarbij tijd een kritiek element is, minstens 30 minuten vóór het geplande tijdstip waarop de operatie begint, naar de betrokken ATS-eenheid verstuurd.
5.2. Aanmelding van de opstijging
5.2.1
Onmiddellijk na de opstijging van een middelzware of zware onbemande vrije ballon stelt de exploitant de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten in kennis van het volgende:
- a)
identificatie van de ballonvlucht;
- b)
opstijgplaats;
- c)
werkelijk tijdstip van de opstijging;
- d)
geraamd tijdstip waarop drukhoogte 18 000 m (60 000 ft) zal worden gepasseerd of geraamd tijdstip waarop het kruisniveau zal worden bereikt als dit op of onder 18 000 m (60 000 ft) ligt, en de plaats waarop dit naar schatting zal gebeuren; en
- e)
wijzigingen van de eerder overeenkomstig punt 5.1.2, onder g) en h), aangemelde informatie.
5.3. Aanmelding van annulering
5.3.1
Van zodra bekend is dat de geplande vlucht van een middelzware of zware onbemande vrije ballon, die eerder is aangemeld overeenkomstig punt 5.1, is geannuleerd, stelt de exploitant de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten hiervan in kennis.
6. Registratie en melding van de positie
6.1
De exploitant van een zware onbemande vrije ballon die op of onder drukhoogte 18 000 m (60 000 ft) vliegt, volgt het vluchtpad van de ballon en meldt de positie van de ballon zoals gevraagd door de luchtverkeersdiensten. De exploitant meldt de positie van de ballon om de twee uur, tenzij de luchtverkeersdiensten vragen om de positie met kortere intervallen te melden.
6.2
De exploitant van een zware onbemande vrije ballon die boven drukhoogte 18 000 m (60 000 ft) vliegt, volgt de voortgang van de vlucht van de ballon en meldt de positie van de ballon zoals gevraagd door de luchtverkeersdiensten. De exploitant meldt de positie van de ballon om de 24 uur, tenzij de luchtverkeersdiensten vragen om de positie met kortere intervallen te melden.
6.3
Als de positie niet overeenkomstig punten 6.1 en 6.2 kan worden geregistreerd, stelt de exploitant de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten hier onmiddellijk van in kennis. Deze kennisgeving bevat de laatst geregistreerde positie. De passende eenheid voor luchtverkeersdiensten wordt onmiddellijk in kennis gesteld wanneer de ballon opnieuw kan worden gevolgd.
6.4
Eén uur voor een zware onbemande vrije ballon aan zijn geplande daling begint, stuurt de exploitant de volgende informatie over de ballon naar de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten:
- a)
de actuele geografische positie;
- b)
het actuele niveau (drukhoogte);
- c)
het geschatte tijdstip waarop de ballon door drukhoogte 18 000 m (60 000 ft) daalt, indien van toepassing;
- d)
het geschatte tijdstip en de geschatte plaats waarop de ballon de grond zal raken.
6.5
Wanneer de operatie is beëindigd, stelt de exploitant van een middelzware of zware onbemande vrije ballon de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten daarvan in kennis.