V-N 2021/48.17
Geen immateriëleschadevergoeding voor niet-beroepsgerechtigden
HR 05-11-2021, ECLI:NL:HR:2021:1660, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 november 2021
- Magistraten
Van Hilten, Punt, Fierstra, Faase, Van Eijsden
- Zaaknummer
21/00392
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS440232:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Belastingheffing van motorrijtuigen / Belasting van personenauto's en motorrijwielen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1660, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑11‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑03‑2021
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat vergoeding van immateriële schade achterwege kan blijven omdat er redelijkerwijs geen twijfel over bestaat dat X bv niet behoort tot degenen die bezwaar kunnen maken. Bij het ontbreken van spanning en frustratie hoeft de rechter niet vast te stellen of de redelijke termijn is overschreden.
Samenvatting
B bv least vanaf 9 september 2011 een BMW met Duits kenteken en doet op die dag namens de eigenaar BPM-aangifte. In november 2011 maakt de gemachtigde van X bv pro forma bezwaar tegen de BPM-voldoening. Vanaf 11 juni 2012 staat de auto op naam van X ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.