NJB 2019/482:Mondelinge behandeling ten overstaan van een raadsheer-commissaris. Gelegenheid om stellingen toe te lichten. Nadat in hoger beroep een mondelinge behandeling ten overstaan van de meervoudige kamer heeft plaatsgevonden, bepaalt het hof een comparitie ten overstaan van een raadsheer-commissaris. Een partij verzoekt om een nadere mondelinge behandeling ten overstaan van de meervoudige kamer. Het hof wijst dit verzoek af.Hoge Raad: De stukken van het geding laten geen andere conclusie toe dat de comparitie mede diende om partijen de gelegenheid te geven hun stellingen nader toe te lichten, en voor dat doel ook is benut. De afwijzing is dus onjuist of onvoldoende gemotiveerd

NJB 2019/482

Mondelinge behandeling ten overstaan van een raadsheer-commissaris. Gelegenheid om stellingen toe te lichten. Nadat in hoger beroep een mondelinge behandeling ten overstaan van de meervoudige kamer heeft plaatsgevonden, bepaalt het hof een comparitie ten overstaan van een raadsheer-commissaris. Een partij verzoekt om een nadere mondelinge behandeling ten overstaan van de meervoudige kamer. Het hof wijst dit verzoek af.Hoge Raad: De stukken van het geding laten geen andere conclusie toe dat de comparitie mede diende om partijen de gelegenheid te geven hun stellingen nader toe te lichten, en voor dat doel ook is benut. De afwijzing is dus onjuist of onvoldoende gemotiveerd

Documentgegevens:

HR 22-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:271

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 22 februari 2019
Magistraten: Mrs. C.A. Streefkerk, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
Zaaknummer: 18/01532
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2019:271, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑02‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1510, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑11‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑04‑2018
Wetingang: (art. 15, 16 Rv)

Essentie

Mondelinge behandeling ten overstaan van een raadsheer-commissaris. Gelegenheid om stellingen toe te lichten. Nadat in hoger beroep een mondelinge behandeling ten overstaan van de meervoudige kamer heeft plaatsgevonden, bepaalt het hof een comparitie ten overstaan van een raadsheer-commissaris. Een partij verzoekt om een nadere mondelinge behandeling ten overstaan van de meervoudige kamer. Het hof wijst dit verzoek af.Hoge Raad: De stukken van het geding laten geen andere conclusie toe dat de comparitie mede diende om partijen de gelegenheid te geven hun stellingen nader toe te lichten, en voor dat doel ook is benut. De afwijzing is dus onjuist of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.